(29 juni) Net terug van twee weken Tahiti, waar ik al 2 1/2 jaar niet geweest was. Er kwamen weer allerlei herinneringen boven aan de tijd dat we daar woonden: de vochtige warmte als je het vliegtuig uitstapt, de nachtelijke rit naar het hostel, de drukte op de markt. En natuurlijk het Pa’umotu team, want voor hen was ik naar Tahiti gekomen. Jean (de teamleider), Terey, Joana, Johanna, Christine… ze waren er allemaal weer.
We hebben met elkaar aan de vertaling van de Psalmen gewerkt:
E te Fatu ē, kua here au kia u, ko koe hoki tōku pūai…
“Heer, ik heb U lief, want U bent mijn kracht…” (Ps. 18:2)
Ook hebben we voorbereidingen getroffen om het vertaalwerk over een iets andere boeg te gooien. De teamleden hebben los van elkaar Bijbelhoofdstukken vertaald (de Evangeliën en de Psalmen zijn afgerond). Het verder bewerken van deze vertalingen door het team gebeurde tot nu toe altijd waar ik bij was. Handig, want ik ben vertrouwd met het vertaalprogramma Pratext, ik kan het Hebreeuws erop naslaan, enzovoorts. Maar het betekent wel dat het team alleen aan (de controle van) de vertaling werkt wanneer ik er ben. Terwijl ik niet zomaar even langs ga. Ik heb daarom het team een korte training gegeven, zodat ze zelf Paratext kunnen gebruiken. Zo kunnen ze in de toekomst zelf vertaalsessies houden. Dat is mede mogelijk omdat Paratext de laatste jaren erg goed geschikt is voor teamwerk. Met één druk op de knop kun je je bijgewerkte vertaling naar een server sturen, waarna de andere teamleden jouw wijzigingen binnenkrijgen. Geen verwarring meer over verschillende versies die in omloop zijn (welke was nou ook al weer de meest recente?). Ook geen gevaar meer dat er maanden aan werk verloren gaat wanneer een computer gestolen wordt of de harde schijf het begeeft.